Glas in de Balkan, een reisverslag
De Adriatische kust van de Balkan is van oudsher Romeins gebied. De meeste kuststeden kwamen daarna onder Venetiaanse ‘bescherming’. Daar moet veel glas gevonden zijn. Een tussenstop in Innsbruck nabij de vroegere Hofglashut van Aartshertog Ferdinand II van Tirol (1529-1595), helaas gesloten. Deze mooie Deckelpokal is daar gemaakt en kleurrijk versierd voor diens Schloss Ambras. Veel van wat er daar nu aan glas staat, komt uit een schenking van verzamelaar Rudolf von Strasser uit 2013 aan het Weense Kunsthistorisches Museum, dat een deel naar Innsbruck verhuisde. Lees maar wat ik er over schreef in het Jaarboek 2021.Pas in Trieste staan we voor de poort naar de Balkan. Alles herinnert er aan de Oostenrijk-Hongaarse König und Kaiserzeit tot 1918. Daarna namen de Italianen het weer in bezit. Het is nu een combinatie van Wiener Schnitzel en Pasta à la Vongele. Slovenië laat zien dat buiten de recente oorlog blijven loont: het westen lijkt op Italië en het noorden op Oostenrijk. In Kroatië is zowat overal gevochten. Het land benadrukt z’n eigenheid en geschiedenis: Griekse kolonisten, Romeinen, Byzantijnen, Avaren, Hunnen, Osmanen, Venetianen, regionale koninkrijken, Oostenrijk-Hongarije, Italië en Duitsland in WWII, daarna Joegoslavië. En de nieuwe staten hebben het nog steeds niet veel met elkaar op. Dat is te merken aan de grensovergangen, waar het gaat zoals wij dat vroeger kenden: lang in de rij wachten bij onvriendelijke douaniers.

Er is te veel om in dit reisverslag te vermelden. Wij hebben nog meer interessante steden en musea bezocht, die later aan bod komen. Eigenlijk is de gehele kuststreek een ‘Fundgrube’ voor glasliefhebbers, of het nu over Romeins glas, 14e -16e eeuws Venetiaans of glas uit later eeuwen gaat. Nu beperk ik me nu tot vier highlights.


Als eerste komen we aan in Zadar, dat vroeger Zara heette,. Het is al tijden bekend van de Maraschinokersenlikeur, in vierkante flessen met een Habsburgs zegel die met stro omwikkeld werden tegen breuk. De linker foto is uit het boek van Willy van den Bossche. Rechts een moderne fles van de firma Luxardo die nog steeds de vierkante gezegelde flessen gebruikt en ze met stro omwikkelt.
Het museum van Zadar staat in de oude binnenstad in een 19e eeuws paleis en heeft een schitterende collectie Romeins glas, opgegraven in de kunststreek. Beschrijven wat er allemaal staat, is onbegonnen werk. Foto’s moeten maar voor zich spreken en ga er vooral langs als je in de buurt bent. Hoe bleven die glazen urnen met deksel waarin de menselijke resten na verbranding werden verzameld zo lang intact? In Keulen zag ik ze in loden potten geplaatst. In dit land zijn de potten van steen, ook het deksel. In rijen stonden ze in de grond en zijn er bij de opgraving weer uit gehaald, compleet met as en botresten. Daarnaast staan er ook dagelijkse gebruiksvoorwerpen, zoals flessen en flesjes in soorten, maten en kleuren, borden, kommen, een mooie veelkleurige kommetje, Ariballoi.








In de winkel koop ik alle glasboeken: Romeins glas in Kroatië, 11e tot 19e eeuwse glazen lampen, in de vorm geblazen Romeinse flesjes en wat er aan glas uit een 16e eeuws Venetiaans scheepswrak is geborgen. Dat vervoerde onder (fragmenten van) Venetiaanse glazen, vlakglas ruitjes en brillenglazen. Daarover zal een medewerker van het museum, Vedrana Jovic, op het symposium van november 2025 spreken. Slechts een deel van de boeken is ook in het Engels, maar glas is in het Kroatisch ‘Staklo’ en ´Rimi´ is Romeins, dus zo kom ik al een eind.



Van Hans van Rossum kreeg ik later een link voor een filmpje waarop de opgravingen te zien zijn: genieten! https://www.youtube.com/watch?v=YXo6hWi5lSQ&feature=youtu.be

In Split ligt het paleis van Diocletianus, met de grootte van een dorp, midden in de stad direct aan de kade. Ik zie onder andere een bijzondere olielamp met een afbeelding van een Romeinse glasblazer, bekend uit boeken, maar hier in het echt!


Dubrovnik, het Venetiaanse Ragusa, geheel ommuurd aan de zee gelegen. Na een aardbeving in 1667 is de hoofdstraat verruimd en opgebouwd met kazerneachtige gebouwen, winkels beneden en woonhuizen erboven. Er zijn te veel kerken en kloosters om allemaal te bezoeken. In het Franciskanerklooster is de oude apotheek bewaard gebleven. De oude winkel doet nog steeds dienst als apotheek.
Verder naar het zuiden staat er plotseling een file: de grens met Montenegro. Na een ruim uur in de brandende zon zijn we eindelijk aan de beurt. We blijken geen goede ‘groene kaart’ te hebben. Geen probleem, we kunnen er in een onduidelijk bureautje een kopen voor, € 15. Vroeger waren het struikrovers, nu zijn ze in overheidsdienst. Enfin, we beschouwen het maar als ontwikkelingshulp.



Over de grens ligt Budva, een oude vesting- en havenstad met de charme van elke mediterrane havenplaats: straatjes, pleinen, winkels en cafe’s met terrassen langs de kade. We ontdekken in het plaatselijke museum dat onder een groot hotel oude huizen en een necropool opgegraven zijn. Het museum toont de vondsten: mooie mozaïeken, veel keramiek, ook hier weer glazen grafurnen in hun stenen potten en veel ander glas. Gelukkig blijkt er een boek over het museum te bestaan en na lang zoeken wordt het laatste exemplaar gevonden, wel in het Montenegrijns. Eigenlijk is het meer een plaatjesboek van de stad, maar de foto’s zijn mooi en groot. Wonderlijk te bedenken dat de meeste oude steden langs deze kust boven op oudere Grieks-Romeinse steden zijn gebouwd. Er moet een grote hoeveelheid nog niet ontdekt glas in de grond zitten.


